dinsdag 30 juni 2009

Ontmoet Johnny Quick de laatste van de legendarische COMETS!





(dit is, sorry dat we het moeten zeggen, wel een kopie van het artikel dat we al eerder op volkskrantreizen.nl/stephan_in_de_states geplaatst hebben; we hebben immers ook vakantie en dat houden we graag rustig...)

Zelfs de jongeren onder ons zullen de deuntjes herkennen: '1 o'clock, 2 o'clock, 3 o'clock rock, we're gonna rock around the clock tonight', of shake rattle and roll. Of: see you later alligator. Allemaal hits van Bill Haley and the Comets (later talloze keren gecovererd door Jerry Lee Lewis e.a.).

Maar daar begon het dus mee.

Staan we in Beatty, Nevada, op 8 mijl van de beruchte (en bloedhete, maar vooral OOK mooie) Death Valley, op een camping voor zowel tenten als campers (& motorhomes, de amerikanen hebben er talloze benamingen voor. Naast ons zo'n motorhome die daar permanent staat, met stoelen voor de deur, grote bakken met eten voor de twee katten en de kittens die er lopen. Wij ernaast in ons kleine tentje. (Regen EN wind, tegelijk, moeten we niet krijgen, dat is 1 natuurgeweldadigheid teveel voor onze 'behuizing'...).

Na een dag komt de bewoner naast ons naar ons toe, duidelijk verlegen om een praatje. Mooie (maar oude) leren zwarte cowboyhoed op, mager en doorleefd. Hij was al eens in Amsterdam geweest, de Paradiso kende hij, maar nog veel meer plaatsen in Europa. En of wij Bill Haley & The Comets misschien kenden, van die hit, je weet wel? Tuuuuurlijk kennen we die! Nou, hij was de drummer gedurende 25 jaar! Ze hadden 20 toernees gehad door Europa. Daar waren ze ook altijd beroemder en succesvoller geweest dan in Amerika zelf. Maar het lot was hem niet al te lang gunstig gestemd gebleven: hun manager was zo onverstandig geweest het verdiende geld uit de europese toernees niet in Europa te laten uitkeren, maar te laten overmaken naar Amerika. Aldaar was er nooit belasting over betaald.... je raadt het al: alle bezittingen werden ingeomen om de achterstallige belastingen en boetes te betalen. Rechten op muziek werden ingepikt door de Amerikaanse overheid. En het had hem zijn huis van 250 duizend dollar in Texas plus twee auto's gekost. EN zijn business: hij dreef een zgn. Antiques Store in Texas. En had dus niets meer! En bij zijn toenmalige manager hoefde hij niet meer aan te kloppen. Deze was inmiddels, net als de rest van de band, overleden.

Tot overmaat van ramp waren in 1987 zijn vrouw en twee kinderen omgekomen bij een auto ongeluk. Hoeveel ongeluk kan een mens nog meer verdragen zou je denken?

Na omzwervingen had hij een job gevonden op deze camping, Space Station genaamd, in Beatty. Negen jaar geleden dus. Hij deed alle klussen. Dat varieerde van de buurtwinkel die erbij hoorde tot de schoonmaak van douches en toiletten, helpen bij de ' dumpstation' waar campers hun toiletten en vuil water dumpten en bij het Propane Station, waar propane voor de campers getankt kon worden.

Na verloop van tijd kreeg hij een longaandoening, waardoor hij geen inspannend werk meer kon en mocht doen. Hij mocht om niet op de camping blijven wonen van camping eigenaar Ron. Deze kon het niet over zijn hart verkrijgen om iemand met zo'n achtergrond en zoveel ongeluk, ' de deur te wijzen'. In ruil voor de sta-geld vergoeding bedient hij het Propane Station.

Maar Johnny Quick, de drummer (natuurlijk) van de Comets, zit niet bij de pakken neer. Hij is met pensioen (74 jaar, hij was 19 toen hij bij de Comets begon) en ontvangt (de volgende betaling is 10 juni) per maand vanuit Social Security 437 dollar om te blijven leven.

Hij is gelukkig met zijn leventje, ondanks alle tegenspoed, en vindt dat hij het, ook met de eigenaren van de camping zeer getroffen heeft. En, zoals een goed Amerikaan, behoudt ook hij zijn positieve instelling: ooit wil hij terug naar Amsterdam en Londen.It was an honour and pleasure for us to meet the last of the COMETS!

vrijdag 5 juni 2009

Let the music play!




HELEMAAL geen muziek meenemen op vakantie: dat is een te groot risico voor ons. Muziek is belangrijk, bepaalt je mood en geeft warmte en gezelligheid. Maar om dan je hele collectie maar in je tas te stoppen: da's ook weer niet de bedoeling! We kregen twee cd's mee: als eerste de filmmuziek van Into the Wild van Eddie Vedder, leadzanger van Pearl Jam, van Titus & Petra (én op dringend advies van Rob en Ellen). Helaas maar 30 minuten lang... De tweede was een verzamel cd met ´travel & discover the world´ muziek van Erwin (nogmaals dank!). We kenden alleen Neil Young maar (oude zakken als we zijn), maar na terugkeer willen we nog veel meer leren kennen (bijv. of Alela Diana behalve 'Pirate Gospel' nóg meer van die prachtige liedjes gemaakt heeft'.

De eerste week hadden we een huurauto met radio-CD erin. Afwisselend radio, de zenders die in de regio te ontvangen zijn, daarover in een ander bericht meer, en de prachtige, passende CD´s.
Maar toen, na 5 dagen, een busje gekocht, uit 1998. Radio, tuurlijk. Maar óók met een heuse cassette recorder! Wel een orginele Ford radio/cassette, maar wat moet je ermee? Nieuwe inzetten, of???? Bandjes scoren dus. De CD's even opgeborgen voor later. En onderweg een beetje de antiques stores en 'thrift stores' af. Dat zijn de amerikaanse leger des heils vestigingen.

In de eerste de beste drie bandjes gekocht (kwartje stuk...). En wat een genot: een cassette van Neil Young, Harvest, die ik altijd al weer had willen kopen. Plus Tracy Chapman. En de eerste plaat van Elvis Costello! Hoe verrassend om dan Alabama of Man Needs A Maid van Neil Young te horen, of Fast Car van Tracy Chapman. We worden maar verwend, hier, en laten het ook met graagte toe!